Een zeldzaam plaatje uit hogere sferen 4 ZATERDAG 16 JANUAR11971 v In het decembernummer van de Nederlandse Federatie voor Bejaarden Zorg schreef dr. C. Leering, geneesheer- directeur van de r.lc. verpleeginrichting Regina Pacis in Arn hem: „Het doelbewust beëindigen van het leven zal in de toekomst waarschijnlijk niet alleen toegestaan, maar zelfs gewaardeerd worden. Men zal zich zeer gericht moeten gaan afvragen hoeveel van de gemeenschapsmiddelen men mag gebruiken voor het rekken van levens van zieke, oude mensen". Op 2 januari zei de 83-jarige heer P. de Kat Angelino tijdens het televisieprogramma Gamma: „Als ik een ernstige ziekte zou krijgen, zou ik weigeren mijn pacemaker (de elek tronische cel die het hart kunstmatig op gang houdt) te laten vernieuwen. Ik heb mijn webje geweven, ik heb geen bijzondere ver antwoordelijkheden meer in het leven en ik zou de dood rustig tegemoet zien". Wij hadden een gesprek met deze bejaarde heer. Het is één standpunt over deze materie, waarover in brede kring reeds enige tijd gediscussieerd wordt. De heer P. de Kat Angelino is een opgewekt, blijmoedig man van 83 jaar. Zijn uitspraak over de dood werd hem niet ingegeven door le vensmoeheid; het is een besluit dat in een lang, zeer gevarieerd leven ge stalte kreeg. „Ik heb in mijn leven de dood zeer dikwijls zeer nabij zien komen. Ik ben vele malen nogal ingrijpend geopereerd en ik heb enkele malen in levensgevaarlijke situaties ver keerd. Ik heb met de dood leren le ven. Ik beschouw de dood als de overgang naar een ander leven". Later in het gesprek blijkt dat de heer De Kat Angelino het christelijk beginsel als het juiste levensuitgangs punt beschouwt. "T|oor uzelf het recht voor te behou- den een nieuwe pacemaker te weigeren aanvaardt u het recht op passieve euthanasie op staken van medische behandeling met dodelijk gevolg? „Ik aanvaard de passieve euthana sie als een persoonlijke verantwoor delijkheid, waarbij ik alleen zelf ben betrokken. Ik kan persoonlijk deze verantwoordelijkheid aanvaarden omdat ik in het leven geen andere verantwoordelijkheden meer heb". In medische kring aanvaardt men het sinds enkele jaren ook als de arts in bepaalde gevallen tot passieve eu thanasie besluit. „Ik vind het erg gevaarlijk deze bevoegdheid aan een arts te geven. Ik vind dat de mens in laatste in stantie zelf over zijn eigen leven dient te beslissen. Als er weldoor dachte normen zouden komen, waar bij misbruik uitgesloten zou zijn, zou ik me wel met de bevoegdheid van de arts kunnen verenigingen. Die normen zijn er echter nog niet en zij zouden bijvoorbeeld veel sluitender moeten zijn, dan de normen die bij voorbeeld de krankzinnigenwet stelt". „De mens zelf heeft een recht op sterven. Jazeker en als het nodig is, zal ik van dat recht gebruik maken. Nu zijn er situaties waarjn de mens geen beroep meer van dat recht kan doen. Zouden er de nodige zekerhe den zijn dan zou ik het aanvaard baar vinden dat de mens zou kunnen beslissen tot welk stadium hij medi sche behandeling wenst, op een ogenblik dat hij niet in een noodsi tuatie verkeert. Via een officiële verklaring zou hij dat kenbaar kunnen maken, zoals men ook een testament opstelt. Ik vind trouwens dat men een dergelij ke wens ook nu al zou moeten eer biedigen". Kan in geval van onmacht ook een naast familielid deze beslissing nemen? „Als' ik het voor een ander moest doen, geloof ik niet dat ik het zou kunnen opbergen. Toch kan het een liefdesdaad zijn. Wanneer iemand uit liefde tot zo'n beslissing wordt ge bracht dan acht ik zo'n beslissing ze delijk verantwoord" Men zegt wel dat een gezond mens niet kan weten wat hij op de grens van leven en dood zal willen. „Ik heb nu voor negentig procent zekerheid dat ik mijn besluit tot pas sieve euthanasie in een bepaalde si tuatie niet zal herroepen. Dit is mijn wens en mijn zekerheid als volwaar dig mens. Deze wens en deze zekerheid acht ik belangrijker dan de zeer kleine kans dat ik van gedachten verander op het beslissende ogenblik zonder in staat te zijn dat kenbaar te maken. Mijn opvatting als volwaardig mens nu ik nog een volwaardig mens ben, is belangrijker dan de mogelijke im puls van het restant mens in het grensgebied tussen leven en dood." 4 cht de heer De Kat Angelino „ver- pleegeconomie" een moreel aan vaardbaar argument voor euthana sie? „De moeilijkheid is dat er geen norm is te stellen die voor iedereen geldt. Een zeer actief erudiet mens die door een ziekte of ongeval terug gebracht zou worden tot het leven van een geestelijk gestoorde verlam de kan terecht van tevoren kenbaar maken dat zo'n leven voor hem on aanvaardbaar is en dat hij dus op enigerlei wijze euthanasie wenst. Voor een debiel geboren kind met beperkte mobiliteit kan zo'n restant leven echter nog in hoge mate har monieus zijn". „Wanneer is de „verpleegecono- mie" dan in het geding? Elke verpleging die de mens in een voor hem persoonlijk aanvaardbaar leven laat, is verantwoord. Daarom zullen er wegen gevonden moetèn worden om de mens in de volheid van zijn leven te laten beslissen hoe ver hij wil gaan in het grensgebied". Kunt u zich voorstellen dat de over heid in de toekomst normen zal moeten stellen om de medische zorg voor de mensen buiten het grensge bied veilig te stellen. „Ik geloof wel dat wij met die noodzakelijkheid rekening zullen moeten gaan houden. Voor mij zelf is het geen probleem. Als ik een aan merkelijk deel van mijn tegenwoor dige levensvreugde door ziekte of geestelijke aftakeling zou moeten missen, dan vind ik dat mijn pace maker maar aan een ander mens met betere levensmogelijkheden gegeven moet worden. Ik had eens een trombose en de dokter zei toen dat ik bij een opera tie mogelijk mijn been zou verliezen. Ik heb die operatie toen geweigerd: in dat stadium van mijn leven wilde ik niet dat mijn leven met een zo ingrijpende handicap via een speciale ingreep zou worden gerekt." „Ik kan me voorstellen dat de ge meenschap ter bescherming van an deren dergelijke beslissingen im de toekomst zal moeten gaan nemen, maar eerlijk gezegd: Ik huiver, want de deur naar het grofste misbruik kan dan worden geopend". „Misschien is er nog te weinig over gesproken. Men zal moeten be ginnen om zoveel mogelijk mensen in het gesprek over de dood te be trekken. Misschien verliest de dood dan zijn onverbiddelijke taboe en kunnen we in alle rust en eerlijkheid tot redelijke menswaardige en recht vaardige normen komen". Euthanasie heeft alleen iets te ma ken met de mate waarin men zich mens kan voelen. Heb je nog zware verantwoordelijkheden in het leven het opvoeden van kinderen bij voorbeeld dan mag je minder ge makkelijk van het leven afstand doen. Daar staat tegenover dat een vader met kleine kinderen tot eutha nasie zou kunnen besluiten voor het geval hij nog slechts een plantele- ven zou kunnen leiden, om zijn gezin niet zinloos te belasten". Y)e foto van hun leven voorzo ver je dat op die leeftijd al kunt zeggen maakten Pieter Westdijk (16) uit Apeldoorn en Bertwim van Beest (13) uit Emmeloord: een si- multaanopname van een heldere spo radische meteoor. Ze deden dat op achttien kilometer afstand van elkaar met eenvoudige kleinbeeldcamera's en zonder verdere hulpmiddelen. De kans om een meteoor van deze helderheid te fotograferen is name lijk één op 7600 fotografische waar nemingsuren. Anders gesteld: wan neer het iedere nacht helder zou zijn en er iedere nacht zes uur gefotogra feerd zou kunnen worden, heeft men Het heelalin de slaapkamer. vier jaar nodig voor zo'n kans. Een simultaanopname, vanuit twee ver schillende plaatsen dus, is ook al een zeldzaam geval. Dit buitenkansje nu hadden de twee jongens tijdens een Astrokamp bij Lheebroek in Drenthe onder lei ding van de heer P. A. Koning uit Loenen. Dat Astrokamp behoort tot de nieuwe kampvormen van het Landelijk Centrum voor Gerefor meerd Jeugdwerk. Qverigens is het al een tijdje gele den dat de opnamen werden ge maakt: het was in augustus, om pre cies te zijn. Maar het resultaat is nu pas bekend, omdat de bewerking van de foto's voor zgn. schrijftafelama teurs een jaar rekenwerk vraagt. Dat het nu ook weer geen jaar geduurd heeft, komt doordat in het vereni gingsverband verschillende medewer kers het rekenwerk samen doen. Dat rekenwerk volgde dan op het foto-avontuur, waarbij een heldere meteoor met een duur van enkele tienden van een seconde in het ster- rebeeld Pegasus aan de zuidelijke he mel verscheen. De ongewoon korte weg van deze sporadische d.i. niet in een zwerm optredende meteoor was nog geen vijf kilometer. De meteoor begon op een hoogte van 78km op te lichten en bereikte zijn grootste helderheid een kilome ter lager, om op een hoogte van bij na 76 km uit te doven. Om volledig De meteoor, die zich door de twee jongelui uit Apeldoorn en Emmeloord simultaan wilde laten fo tograferen te zijn: meteoren zijn kleine „steen tjes" die in de lege ruimte tussen de planeten rondzwerven en soms met snelheden van 15 tot 72 km per se conde de dampkring van de aarde binnendringen. Door die grote snel heid veroorzaakt het steentje in kon- takt met de ijle atmosfeer het licht verschijnsel, dat waarneembaar is als de „vallende ster". Jn zijn ouderlijke woning aan de Gunninglaan in Apeldoorn zegt Pieter Westdijk, dat bij de jongeren de belangstelling voor de astronomie duidelijk toeneemt. De jongeren- werkgroep van de Nederlandse Ver eniging voor Weer- en Sterrenkunde groeide in een jaar tijd van vijfhon derd naar zeshonderd leden, waarvan er overigens nog geen tien in de af deling Apeldoorn, Deventer, Zut- phen wonen. Zelf heeft hij in de loop van de tijd een heel aardige kij ker bij elkaar gespaard, waarmee hij vanuit het raam van zijn kamer gere geld waarnemingen doet. Aan de kijker zijn twee camera's gekoppeld, zodat er ook platen ge maakt kunnen worden. Bij helder weer is er zo altijd wel iets te doen. Planeten, nevels, de maan, alles met een vergroting van 150 maal en dat bereik is later nog uit te breiden. We praten dan over afstanden, waarbij achteloos cijfers als 400 miljoen kilo meter worden genoemd en dat zijn afstanden, waarover een ruimteschip maanden zou doen. Dat komt zo even aan de Gunninglaan bij je de kamer in. Overigens is in de immen se ruimte ook elk ogenblik iets nieuws te zien. Pieter Westdijk ziet er voorlopig genoeg in om er later zijn beroep van te maken „als het tenminste allemaal niet zo erg gemechaniseerd wordt dat er niets meer aan is" en tot zo lang komt hij zijn vrije tijd Wie géén pruik of haarstuk nodig heeft, kan gefe liciteerd worden. Het zou wel eens kunnen betekenen, dat het eingen haar altijd fijn en goed zit. Als dat zo is, behoort de draagster tot een klein groepje be voorrechte vrouwen in dit land. Heel waarschijnlijk heeft ons klmaat er mee te maken, dat wij in Ne derland over het algemeen vrij dun en slap haar hebben. Veel dunner bijvoorbeeld dan mannen en vrouwen in Spanje, stukken dunner zelfs dan de meeste Japanners. Nu zijn er gelukkig kappers, die met dat slappe haar nog een geweldig kapsel kun nen opbouwen, maar ook dan komt ons klimaat de zaak weer verknoeien: je stapt met een beelderig hoofd de kapsalon uit en dan staan mist en regen weer klaar voor onmiddellijke aanval. Daarom verdienen al diegenen die in Nederland de pruiken en haarstukken introduceerden een pluimpje. Want het bezit van zo'n stukje of stukje extra haar, betekent niet alleen dat een vrouw er eens heel an der s-dan-anders kan uitzien, maar het grootste voor deel van zoiets is, dat er thuis altijd een extra kap sel of stukje kapsel kant en klaar staat, voor het ge val de eigen haran niet meer zo best zitten. De pruik is geweldig „in" in Nederland. Aan zes Nèderlandse vrouwen, die uit hoofde van hun beroep altijd representatief moeten zijn, hebben wij gevraagd of ze haarstukken dragen en zo ja, hoeveel. Hier zijn hun antwoorden. J enny Kuhr, zangeres van beroep, heeft zoveel, zo lang en zo weelderig haar, daar moet bijna wel een haarstuk in verwerkt zijn. Wel, dat is NIET waar. Lenny's geweldige hoeveelheid prachtige haar is hele maal van haarzelf, puur natuur. Ze gaat praktisch nooit naar een kapper; ze zou veel te lang onder de kap moeten zitten voor haar lange haren eindelijk droog waren geblazen. Ze wast het haar altijd zelf en ze is zo gelukkig, dat ze er verder maar weinig aan hoeft te doen. Ze zet wat krullen met elektrisch verwarmde rollers en het enige extra dat ze verder doet is af en toe een speciale behandeling nemen om het haar levendig en mooi van kleur te houden. Tanine Knapper is chansonnière en de (Franse) echt genote van tv-regisseur en jong talentbegeleider Nico Knapper. Ze heeft geen pruiken of haarstukken hoewel ze van zichzelf vindt dat ze „een slechte kwali teit" haar heeft. Ze is gewoon tegen alles dat niet echt is. Toch is mevrouw Janine Knapper altijd leuk en goed gekapt. Het geheim: ze werkt thuis veel met een elektrische krulset. Ze gaat alleen naar de kapper als haar haren ge knipt moeten worden en wanneer ze in de spiegel kijkt en niet geheel tevreden met zichzelf is. Dat komt neer op een kappersbezoek van een keer in de twee weken of een keer in de maand, voor een watergolf. J^arin van Wamelen gastvrouwe en presentatrice van beroep, heeft twee pruiken en een haarstuk. De pruiken zijn van kort krullend haar, het haarstuk valt schouderlang. Alles is gemaakt van echt haar en zowel pruiken als haarstuk komen overeen met de kleur van haar eigen haar: gemêleerd blond, met lichtere puntjes. Ze laat de extra haren altijd bij de kapper wassen, voor de rest verzorgt ze ze steeds zelf, omdat ze vindt dat geen mens het zorgzamer doet. Een maal per week laat ze bij de kapper haar eigen haren wassen en watergolven. Wanneer dat kapsel na een paar dagen niet meer zo best zit, valt ze terug op pruik of haarstuk. Omdat ze ze erg goed verzorgt doet ze er lang mee: één pruik heeft ze al vijf jaar. Tegelaar is secretareseeeVrouwensecretariaat van het NVVhet Nederlands Verbond van Vakver enigingen. Ze heeft geen pruik of haarstuk,i ihoewel ze er wel vaak over heeft gedacht. „Ik geef nog steeds de voorkeur aan puur natuur", zegt ze, „maar ik denk er wel vaak aan hoe heerlijk het zou zijn als ik ook een extra hoofd had". Zij, die onlangs de manifestatie van werkende vrou wen in Dronten organiseerde, gaat een maal per week naar de kapper voor wassen-watergolven. Dat pro beer ik tenminste, maar door het drukke werk lukt het vaak niet". Lukt het niet dan wast ze haar haar thuis en zet ze zelf krullen. Y)orine Reinarz is public relations manager van Rot- terdam-Hilton. Ze heeft een halve pruik die schouderlang valt, gemaakt van echt haar en in de kleur van haar eigen haren: donkerbruin. Die pruik ligt thuis altijd ingekruld klaar, voor het geval haar eigen haren niet meer zo best zitten en zij toch zeer re)resentatief moet zijn. Haar eigen haar, dat tien centimeter over de schou ders valt, laat zij twee tot drie keer per week behande len door de kapper. Ze laat het opsteken tot een grootmoederskapselmet kleine krulletjes in het ge zicht, of ze laat losse krullen in de nek samenbinden met een strik of ze vraagt iets Japansachtigs, met de haren strak uit het gezicht gekamd. Wanneer zij thuis is en geen representatieve ver plichtingen heeft, laat ze het soms los hangen om het haar tot rust te laten komen. f^nsje van Brandenberg, cabaretière heeft een pruik, een haarstuk en nog wat kleinere hulpstukken zoals een losse vlecht. Ze is zowel met pruik als het eigen haar erg handig, omdat ze haar extra haren allemaal echt haar liet maken bij de Rotterdamse pruikenmaakster Jo van den Ende en die laat niemand de deur uitgaan voordat er een en ander is geleerd over het verzorgen en opma ken van eigen haar en pruik. Ansjes eigen haar valt over haar schouders en het is blond, precies die kleur hebben haar „valse" haren. Extra noot van mevrouw Van den Ende: „De laatste tijd gaan vrouwen én hun kappers steeds beter met haarstukken om. Toen de haarstukken pas in de mode kwamen, rezen de haren je vaak te berge als je zag wat ermee gebeurde. Alles ging veel te wild". ni6SiiiStSSS$&3$$4i(5t Passieve euthanasie ZIEZO Pruikenpraat

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1971 | | pagina 9