Afstammelingen van Franse buis De Coligny Verschillende geslachten in Rhenen en Veenendaal hebben dezelfde stamvader als koningin Juliana ViaKliever, Klover en Kluijver naar de Kleuver I Nog drie dames in leven met illustere familienaam Guichenon de Chastillon kleuverI t dolderen LELYVELD HOOLHORST SANDBRINK GUICHENONJ«CHASTHION COLIGNY-CHATILION STAMVADER TERUGKEER VREES j KINDERSCHAAR ADELSYERKLARING wA v*T?9l?91 V. VJV* */.v, GELD Het wapen van De Coligny staat in een glas-en-lood"-venster afge beeld in het Prinsenhof te Delft. Met dit wapen is in feite maar een persoon bedoeld: Gaspard 11 de Colig- ny, die zo wreed in de Barthölomeus- nacht werd vermoord. Sheakespeare mag dan al schouderophalend gezegd hebben dat een naam niets betekent, maar in de praktijk is het wel anders. U hebt óók liever dat ze zeg gen dat uw grootouders zó'n nette man was. Dat doet een mens goed. 't Be hoeven nu niet direct lofprijzingen te zijn over de vroomheid, zoals van mijn grootvader die luidkeels psalmen zat te zingen als hij de pekdraad door de schoenen trok. Men heeft mij ook verteld dat hij een humoristisch man was en óók dat hij zich de kaas niet van het brood liet halen en zich daarom de toorn van dominee Nijhuis op de hals haalde. Dat kan allemaal. Wil het goed met je zijn dan behoren vroomheid, blijdschap en gevoel voor rechtvaardigheid één te zijn in je geest. Want op geestesadel komt het aan. Er is wél het ééw en ander veranderd sinds ons land een koninkrijk geworden is. Daarvóór heersten de calvinistische edellieden en na 1795 het burgerdom. Na verloop van tijd volgde dan de emancipatie van de werkende stand. Nu doet zich het wondere feit voor dat de zéér velen die zich op het glibberige pad van de genealogie begeven er heerst nu letterlijk een hausse op stam bomen of het een geldbelegging is dat die zich plotseling en ongeweten voor zéér illustere voorouders geplaatst zien. Of de hele boel stort in een als men stuit op een bastaard. Tja, dat kan men vooruit ook niet weten. Zit het „goed" dan kan het je over komen een zeer beroemd man onder de voorouders aan te treffen. Zo zal ieder die in Veenendaal Van Burken heet met zekere trots vertellen dat zij af stammelingen zijn van de vermaarde qrgamst/componist Jan Pieterszoon Sweelinck uit Amsterdam, Dat zégt die mmem toch nog iets. WIJ doen een nog wat grotere stap/in de historie terug en komen dan bij een nog belangrijker man die in de geschie denis van Frankrijk een grote rol ge speeld heeft: Gaspard II de Coligny. Van hem heeft iedere beleider van de reformatorische beginselen zéker ge hoord, Iedere Nederlander kent hem als de vader van Louise de Coligny, vierde echtgenote van prins Willeml van Oran je, ons aller „vader des vaderlands". Uit haar stamt het buis van Oran- je-Nassau. Maar ook stammen uit Gas- Dit zeer oude wapen spreekt voor zichzelf: drie zandhopen op de brink, in dit geval wel als erf bedoeld. Sant- brinck is de oudste schrijfwijze. Dit geslacht dat door de reformatie even als Van Hoolhorst eerst te Wijk bij Duurstede terecht kwam en later te Rhenen werd ook Van Sandbrink ge noemd. pard II de Coligny in Zuidoost-Utrecht bekende geslachten als Hoolhorst, Van Hees, Lelievelt/Lelijveld, Van Dolderen, Baars (van de laatste twee bepaalde tak), etc.; via hun moeder twee De Kleuvers en nog een tak Abertie e Veenendaal. Verder te Veenendaal een tak van de familie Van Kooten, waar door dus wijdvertakte relaties. Louise de Coligny had een broer Francois de Coligny, die mét haar de gruwelen van de beruchte Bartholo- meusnacht te Parijs in 1572 overleefde. Met een neef, Gaspard de Coligny, vluchtten zij bijtijds naar Zwitserland. Van die broer Frangois dan stammen de Rhenense en Veenendaalse ingezete nen af. Ieder voor zich wist men onge veer hoe de vork in de steel zat; van elkaar wisten de Rhenense- en Veenen daalse takken het beslist niet. De ontdekking was dan ook een vol komen verrassing/ In beide gevallen was het een vrouw die verwantschap tot stand bracht. Doordat de komst van beide vrouwen naar Zuidoost-Utrecht ongeveer honderdvijftig jaar uit elkaar ligt was dit de oorzaak dat die ver wantschap niet bekend was. Omdat de Rhenense afstammelingen „oudere rechten" hebben willen wij die voor laten gaan. Tot op zekere hoogte in de stamlijst gaan beide takken gelijk op. Na de beestachtige moord op Gaspard II de Coligny en de eerste echtgenoot van Louise de Coligny, Charles de Té ligny, bereikte het vluchtende viertal (ook de tweede echtgenote van de grote de Coligny genaamd Jacqueline gravin d'Entremonts bevond zich bij de vluch tenden) Zwitserland, vanwaar Louise de wijk naar Antwerpen nam. Later, nadat men in Frankrijk tot be zinning gekomen was, keerde Frangois naar zijn vaderland terug. Maar niet eerder dan nadat de hoogste autoritei ten van zijn land de gereformeerden grotere vrijheden verleenden. Wij kennen ze het best onder de ver zamelnaam van Hugenoten. Hun belij denis was één van de vele variaties op het thema gereformeerd. Men bedenke dat een Franse gereformeerde anders geaard is dan een uit de lage landen. Ondertussen kwam men in Frankrijk tot zich zelf en zag men dat een ver schrikkelijke misdaad begaan was je gens de protestantse mannen en vrou wen die zo koelbloedig vermoord wa ren. Na de „bloedbruiloft" in de nacht van 23 op 24 augustus 1572 was een golf van terreur over het' land geko men. Eindelijk kwam het vermaarde Edict van Nantes dat voor „eeu wig" werd gesloten en men zou er voor waken dat niet opnieuw goede vaderlanders in Frankrijk om hun geloof tot de dood vervolgd werden. Zo staat dat in dat lijvige foliant. De gereformeerde Hugenoten kregen in 1585 bepaalde vrijheden. Men heeft met de moord op Gaspard II de Coligny wél in de maag gezeten. Na de terugkeer van Frangois de Co ligny ki;eeg deze volledig eerherstel en met. hem zijn gehele geslacht. Men ging nog verder. Zijn zoon Gaspard III de Coligny, die bij zijn half-oom prins Maurits van Oranje in de krijgsleer on derwezen was en in het Staatse leger gediend had werd tot hertog verheven en de heerlijkheid Chatillon sur Loing tot hertogdom. Zo komt het dat wij hem nadien als due de Chatillon (sur Loing) tegenko men. Men heeft alles gedaan om de. schande die zijn voorgeslacht was aan gedaan uit te wissen. Tot het getij in Frankrijk weer ongunstiger werd en een ijdel en ijverzuchtig vorst de he lende wonden openritste Lodewijk XIV, Deze Hugenotenhater begreep blijk baar niet dat liefde voor land en volk beslist niet aan de een of andere gods dienstvorm gebonden behoeft te zijn. Deze protserige vorst hing de ceaca- rop-apist uit en hij meende God én Frankrijk een dienst te bewijzen door de gereformeerde godsdienst te verbie den. Hij sloot abrupt de eeuwigheid van het Edict van Nantes af. Het protestantse volksdeel van Frankrijk vreesde dat de dagen weer terug zouden keren toen het afgehou wen hoofd van Gaspard II de Coligny met een ijlbode door diens jeugdvriend kardinaal de Guise naar de paus gezon den was die van „blijdschap" in Rome alle klokken liet luiden. Die vrees was niet ongegrond want in 1679 werden al opnieuw vervolgingen tegen de hervormden ingezet. Een stroom van de edelste en beste zonen en dochters van de Franse natie vluchtte het land uit en onder deze re fugiés bevond zich een generaal-majoor uit het Franse leger en om deze figuur gaat het in feite. Hij noemde zich Guichenon de Chas- tillon. Chastillon is de oud-franse schrijfwijze voor Chatillon; Guichenon kan de naam geweest zijn van de in Frankrijk reeds overleden éérste echt genote. Men zal zich afvragen „Waarom die vermomming onder een andere naam?" Hij was een zoon van Gaspard de Cha tillon, zoals Gaspard III de Coligny zich na zijn verheffing tot hertog noemde (men noemt zich naar de hoogste titel) en een gezien militair. Hij diende Frankrijk trouw. Tot Lo dewijk XIV aan het bewind kwam. Spoedig al maakte hij zich uit de voe ten en ging naar zijn Nederlandse fa milie. Stadhouder Willem III was zijn achterneef en aangekomen in het nieu we vaderland meldde hij zich bij de Heren Staten te 's-Gravenhage. Zoals óók al weer gebruikelijk werd zijn rang die van kapitein. Maar hij maakte een bliksemcarrière en werd al spoedig generaal-majoor in het leger ten dienste van de Hoog Edel Mogende Staten-Generaal van de Verenigde Ne derlanden. Hij moet in zijn jeugd reeds in de Nederlanden geweest zijn. Die vrije Nederlanden trokken duizenden Fran sen tot zich en velen gingen van hier naar Zuid-Afrika en Amerika. Frankrijk rechten op titel en bezit kun nen laten gelden. Erger nog! Het laat zich aanzien dat Lodewijk XVI.die zoon uit het huis Co ligny als de pest haatte. Hoe de vork in de steel zat bemerkte men pas toen de Zonnekoning in de Nederlanden uitge schenen was. Onder een andere naam en stukken zegelende met een aangenomen wapen verbleef hij in de gastvrije Nederlan den zoals zo velen. Naam en zegel be hield het geslacht nadien. Dat zegel wijst tóch onbetwist naar de grote Gaspard II. Die was admiraal van Frankrijk en men ziet ankers aan gebracht. Verder twee ridderorden die aan de geëerde voorvader verleend werden-. Zéér piëteitsvol. In het dagelijkse doen werd hij ge woon Chatillon genoemd. Dat deden Hoolhorst, etc, en in Veenendaal beide zoons van schrijver en enige leden van de familie Albertie. Zoals reeds is op gemerkt beginnen wij om chronologi sche redenen met Willem Frederik Gui chenon de Chastillon. Willem Frederik werd gedoopt in de Gereformeerde kerk te Maastricht op 1 maart 1696 en als doopgetuigen fun geerden de prins van Oranje en Frede- rique de Rohan. Het kind kreeg hun roepnamen (de prins heette Hendrik Willem). De naam Willem Frederik bleef bij de families Hoolhorst, Ten Boske, Lelievelt en De Kleuver in hoge ere. Merkwaardig is dat men aanvanke lijk helemaal niet wist waar die naam vandaan kwam. Er is wat de spot ge dreven met de steeds uitgesproken be- ook zijn nakomelingen. Schrijver kreeg wering door karreman Willem Frederik daarvan frappante bewijzen in handen brieven, documenten, magescheiden en huwelijksinschrijvingen onder meer. U zult al wel begrepen hebben dat deze Zacharias Guichenon de Chastillon de spil is waarom alles gaat draaien. Zacharias huwde in ons land met de Asperense patriciërsdochter Anna Ma ria d'Ivoy, vermoedelijk óók een Huge- note. Haar vader was Maximiliaan d'I voy, ereburger van de stad Genève om de daar door hem uitgevoerde vesting werken. Later werd hij genoemd Genlis gezegd d'Ivoy, welke naam na onze ko- rniVPIQrATTïT ninkri3ksverklaring nog uitgebreid CUArloLA HU werd tot Van Hangest baron(esse) Gen lis gezegd d'Ivoy. De familie (Van) Hoolhorst stamt van de hofstede. Groot en Klein) Hoolhorst in de gemeente Stouten- burg. De bewoners namen waarschijn lijk het wapen met de doorkruiste roos over van de hofstede zelf. Later is het persoonlijk wapen of dat van een echtgenote eraan toegevoegd. Hoolhorst dat de Hoolhorsten oud Frans en adellijk blauw bloed in de aderen hadden. In Frankrijk ging het al slechter. Lo dewijk XIV kreeg het hoog in de pit en begon aan een veroveringskrijgstocht. Vooraf had hij veel bezittingen van de Hugenoten geconfisceerd. Daaronder bevond zich ook het hertogdom Chatil lon sur Loing en de afstammelingen van de Coligny werden van de titel due vervallen verklaard. In feite is de zoon van Gaspard de Chêtillon de laatste due de Chatillon geweest toen hij op achtjarige leeftijd Toch zit aan de naam een verdacht luchtje. Maar er zullen wel meer onder officieren tot grote mannen geworden zijn. Zei Napoleon niet dat iedere sol daat de maarschalksstaf in zijn ransel draagt! Het gezin Guichenon de Chastillon/ d'Ivoy kreeg een talrijke kinderschaar. Voor ons in Zuidoost-Utrecht werden twee zoons belangrijk Jean Samuel overleed. De broer Zacharias zat veilig waarvan leden van de familie Van in Den Haag. maar Zacharias Guiche- Kooten afstammen en dé ,wat jongere non de Chastillon, opgeklommen tot .ge- Willem Frederik. met als afstammelin- neraal-majoor, zou nimmer meer in gen leden van het Rhenense geslacht Een bakkersfamilie te Veenendaal is weer langs geheel andere weg tot de familierelatie Guichenon de Chastillon gekomen. Directer zou ik willen zeggen. Barend van Kooten, bakker te Geldersch-Veenendaal, was gehuwd met Alida Barendina Frederika Guichenon de Chastillon die op 29 augustus 1876 te 's-Gra- venhage geboren werd en op 30 maart 1941 .aan het Boveneinde overleed. Zij werd op de Algemene begraafplaats te Veenendaal begra ven. Nog in leven zijn drie vrouwen die deze illustere naam dragen. Zij was dus een van de laatste. Met be doelde drie, onderwie een hoogbe jaarde zuster van wijlen mevrouw Van Kooten, zal de oude naam voor goed verdwijnen. Wij- maakten al kennis met het boek van mr. W. J. van Ham over de laatste Coligny. Daarmede werd bedoeld de kleinzoon van Jean Sa muel Guichenon de Chastillon, broer van Willem Frederik, en griffier van Kamperland. Altijd waren het offi cieren of regeringsambtenaren ge weest en uit een Venlose tak die rooms werd zijn zelfs kruisheren voortgekomen. Een werd in de adel stand verheven door koning Lode wijk Napoleon tot graaf de Chastil lon die nog kamerheer bij keizer Napoleon geweest is en als officier in 1813 in Rusland sneuvelde. De vader van dat wiegekind was, zoals in de archivalia van 's-Gra venhage vermeld staat, schoenlapper van beroep. Nu heb ik, zoals men wel begrijpen kan, niets tegen schoenmakers, maar het is en blijft een raadsel hoe het kwam dat. een zoon van de griffier van Kamper land in de schoenlapperij verzeild raakt en nog minder dat zijn vrouw een „water- en vuurzaakje" dreef. Dat wiegekind moest het beter krijgen dan de vader Frederik Tho mas. Het ging er mr. Van Harn om door de verkoop van het boekje een studiebeurs voor de zoon Frederik Thomas Guichenon de Chastillon in de wacht te slepen. Ondertussen blerde die zoan van de adelijke schoenlapper als ieder ander kind. Mr. Van Harn kreeg zijn zin niet en wij vinden hem later als ambtenaar bij de posterijen. Uit diens huwelijk met Barendina Maria Witschey werd dan de echtgenote van Barend van Kooten geboren. Er bestaan geen mannelijke dra gers van de naam Guichenon de Chastillon meer. Het gaat niet zoals dat fet een mannelijke telg uit het huis van Oranje-Nassau gaat. Die noemt men prins van Oranje, óók al bracht de oude stam drie generaties lang alleen maar vrouwen voort. Wij allemaal zijn maar doodgewo ne mensen. En daar tussen door lo pen er rie onvervalst „blauw" bloed in de aderen hebben, 't Is vanzelf hetzelfde bloed als van ieder ander mens, maar als je nu weet van zulke „hoge komaf' te zijn, dan geeft zo'n familieverbondenheid toch een beet je fleur aan het leven van alle dag. Wat fen er voor koopt? Niets! Ben je aan zo'n genealogie bezig dan zijn er altijd wel die het zaakje niet vertrouwen. Daar steekt vast een kapitale erfenis achter. Ach arme, ik heb zo'n tien stambomen tegelijk onderhanden. Het is allemaal om de lol die ik daar nou aan beleef. Het scherpt je denken. Ik zou menen dat dit in onze nuchtere tijd geen over bodige luxe is. Sacharina Wilhelmina Guichenon de Chastillon, zo staat zij aangege ven in haar overlijdensacte, te Rhe nen opgemaakt, waaruit blijkt dat zij op 24 april 1819 in haar huis aan de Herenstraat te Rhenen overleed. Een figuur die tot de verbeelding spreekt alléén al door die deftige naam. Wij lazen over haar afstam ming en ook over hen die na haar kwamen. Ruim tweehonderd jaren geleden huwde zij in de Cunerakerk en tal rijk zijn haar nazaten. Een geziene vrouw ook. Men behandelde haar met achting. Van haar vond ik een merkwaardig geval toen zij als ge tuige bij de geboorte-inschrijving van haar kleindochter Christina Wilhelmina Hoolhorst optrad. Ieder staat in die dikke folianten gewoon als b.v. Jan Baars of Jansje Hool horst. Zij werd deftig in het geboor teregister van de goede stad Rhenen mejuffrouw Zacharina Wilhelmina de Chatillon genoemd. ik maar toen het Dat mejuffrouw kwam één maal anders tegen overlijden van de burgemeesters vrouw Martina Metz geb. Van Voor thuizen ingeschreven werd. Ook de huwelijksinschrijving in het Trouw boek van de Cunerakerk op 10 mei 1767 noemt haar „Chatillon". In het magescheid van 17 augustus 1777, waarbij Willem Hoolhorst, haar echtgenoot, en zij in het bezit gesteld werden van het huis aan de Herenstraat, staat haar naam ver meld als Chattiljon. Over dat laatste moet men zich maar niet verwonde ren. Ook nu zijn de verschrijvingen de wereld nog niet uit. Willem Hoolhorst was tabaksplan ter en oefende zijn beroep uit op „De Del," gelegen tussen de wegcou- pure van de Oude Veenendaalseweg en de Cuneraweg waar nu de toeris tische autoweg langs gaat. De zoons heetten Jan en Willem Frederik. U bemerkt hoe de naam Willem Fre derik bij de familie begon in te bur geren. Uit Jan Hoolhorst stamt dan een tak Dortmond en via Wilhelmina Dortmond een tak Alberti te Vee nendaal. Uitgebreider nakomelingschap komt voort uit Willem Frederik Hoolhorst en diens echtgenote Pie- tronella van Voorthuizen uit Ingen, die zuster was van die deftige me juffrouw Martina Metz geb. van Voorthuizen. Hieruit dan de reeds genoemde Rhenense geslachten en ook in Vee nendaal de beide zoons van schrij ver. Ook andere families buiten Rhenen behoren tot deze familiere latie. Zoiets is als een sneeuwbal die al groter wordt naarmate men hem door de sneeuw rolt. Rhenen zal zelden zo'n begrafenis meegemaakt hebben als die van haar. Tegenwoordig was een afge vaardigde van koning Willem I, le den van het provinciaal bestuur van Utrecht, afgevaardigden van de Al gemene Weeskamer te Utrecht, de magistraat van Rhenen en talloze belangstellenden. Zo wordt alleen iemand ten grave gedragen die alge meen bemind en geacht is. Al wat De Kleuver heet is uitein delijk van één stam. Dat men wel eens te snel met een publicatie komt ondervond schrijver bij het onderzoek naar de herkomst van het geslacht De Kleuver. Dat het beslist niet van Vlaamse herkomst is stond al vast. Door nu de stam Kleuver (zonder „de" dus!) op te nemen en uit te werken deed ik een hoogst opmerkelijke ontdek king. Meende ik steeds dat alleen wij (de twee zoons en ik) nog in rech te lijn van de wat ik zou willen noemen „oervader" De Kleuver stammen, na ongeveer twintig jaar naarstig zoeken en nu ook door onderling uitwisselen van ge gevens vond ik de oplossing te Maarn. Daar vestigde zich zekere Jaco bus Petersz de Kliever, die via Amsterdam uit Haarlem kwam. Deze had vijf zoons die bekend werden onder de namen De Kleu ver, De Klaver en De Kluijver. Nadien ontstonden nog de familie namen Kleuver en Klover. Doch ters héb ik niet aangetroffen. Een zo idiote naamsverbastering trof ik slechts één maal te Rhenen waar tussen 1840 en 1850 de fami lienaam Rothert uit Osnabrück verbasterd werd tot De Rhoter, De Rooder en De Roder. De tak Kleuver kwam via Scher- penzeel Woudenberg en Leusden weer te Maarn en vandaar naar Zeist, etc., etc. De namen De Kleuver en De Kluijver smolten te Veenendaal samen tot De Kleuver. Er is wel degelijk verwantschap. Het boerengeslacht Van Dolderen uit Achterberg koos als wapenfiguur een gevruchte(appel)boom en in het schildhoofd een barensteeldie op een verandering of verdeling van het oorspronkelijke bezit duidt. Er was een indrukwekkend document overleden waren was hij de laatste met zeven uithangende zegels waar dat mannelijke drager van de familienaam in stond. In 't Frans uiteraard. Er was in zijn tak. Hij zal zijn zuster Sacharina een vertaling van gemaakt ook. Omdat Wilhelmina te Rhenen ift het bezit ge- wij niet wisten dat Willem Frederik A. steld hebben van de familiepapieren. G. de Kleuver de eerste twee namen respectievelijk van een grote Oranje- transscriptie m het Nederlands tj.._vertaald moet bij de oom Jean Samuel terecht gekomen zijn. Pieter Dirk was met diens dochter Maria Theodora Gui- telg en een Franse adellijke Hugenoot meegegeven waren, was de verrassing des te groter. Willem Frederik Guichenon de Chas tillon huwde te Asperen met de burge meestersdochter Gerardina Boellaard. Hij was daar gelegerd als kapitein. Hun dochter Sacharina Wilhelmina Guiche non de Chastillon (zij heette naar grootvader Zacharias!) huwde op 10 mei 1767 te Rhenen in de oude Cunera kerk met Willem Hoolhorst, die zoon was van Jan van Hoolhorst en van Eli sabeth van Sandbrink. Nadien werd het Hoolhorst en Sandbrink. Gezeten Rhe nense burgers dus en Sacharina bracht oud blauw bloed in Rhenen, want zij zou op dit moment honderden nazaten aantreffen. Hoe dat verder ging is een verhaal apart op deze pagina. Wij moeten nog iets mededelen over een „testament" dat nooit een testa ment maar een officiële adelsverklaring geweest kan zijn. Uit de beschikbare gegevens berustte het document bij de broer Pieter Dirk Guichenon de Chas tillon die in 1804 als gepensioneerd ka pitein te Den Haag overleed. Doordat zijn twee zoons Frederik Thomas en Willem Frederik voor hem V». KL£ 'i «jmR, Het Ziiidhollandse geslacht Van Lelyveld is via Scherpenzeel in Rhe nen terecht gekomen. Het schildhoofd is weer „sprekend" en is beladen met drie blauwe zogenaamde Franse le lies gestileerden als hoofdfiguur een doorstoken everzwijn. Via Lelie- velt (in Rhenen verloren alle families het „Van") en Hoolhorst kwamen twee leden van de oude stam De Kleuver aan de verwantschap met het geslacht De Coligny. chenon de Chastillon gehuwd, zijn nicht dus, waar een translaat in die tak bewaard werd. Het moet uitermate slecht vertaald zijn geweest, want toen Mr. W. J. van Ham het in handen kreeg schreef hij er een boekje over dat in 1852 ver scheen onder de titel „De laatste Colig ny", Het werkje maakte opgang want onder de intekenaren bevond zich prins Hendrik der Nederlanden! Wij zullen in een kader nog zien wat de bedoeling van de jurist geweest is. Edoch! Hij keek bij het schrijven één ding over het hoofd. Hij zag de 8 jarige Henri Gaspard als vader... van Zacha rias aan. Het waren evenwel broers. Wij memoreerden deze verwantschap reeds. Henri Gaspard de Chatillon (sur Loing) overleed in 1657 en het is wel zeker dat Zacharias Guichenon de Chastillon uit overwegingen van be zorgdheid geen aanspraak meer liet gelden op het voorvaderlijk bezit. Reeds voor de inval van Lodewijk XIV (1672) verbleef hij in de Nederlan den. In de door mij opgestelde genealo gie De Coligny Guichenon de Chastil lon maak ik bedenkingen inzake twee dochters en een zoon omdat de laatste ca. 1680 geboren moet zijn en dan zéker in ons land en uit een onbekend huwe lijk. Toen Zacharias h uwde met Anna Maria d' Ivoy was hij 38 jaar ouder dan zijn 25-jarige vrouw. Dat kwam in die dagen vqel voor. Vooral in de patri ciërskringen waar vooral geld een woordje meesprak. Zacharias Guiche non de Chastillon was ongeveer 65 jaar bij het aangaan van dit huwelijk. Hij stierf ruim 75 jaar oud zijnde. Alle kin deren geraakten op goede posten. Meester W. J. van Harn werd al di rect op de vingers getikt en een jaar later plaatste hij in een herdruk een groot vraagteken. Toch lag de oplossing dicht bij de hand onderzoek op de juiste plaats. Wij gaan naar een depot van het Algemene Rijksarchief en vin den een keur van deugdelijke gegevens of schrijven desnoods buitenlandse ar chieven aan. Dat vraagstuk werd opgelost met be hulp van tientallen archiefambtenaren en zelfs publicaties die uit het buiten land naar Nederlandse bibliotheken kwamen. Nu ben ik er zeker van dat het bedoelde document dat bij de fami lie Hoolhorst aan de Molenstraat te Rhenen berustte en in de mei-dagen 1940 met het huis mede in de vlammen op ging het gewaarmerkte stuk was dat de afstamming uit het huis Coligny be vestigde. Wij beschikken gelukkig nog over een translaat in de Nederlandse taal dat na een grondig onderzoek verbeterd kon worden.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1971 | | pagina 5